Voltooid deelwoord - das Partizip Perfekt / Partizip II
Zwak werkwoord - das schwache Verb
Zwak werkwoord
werkwoord |
vorming |
standaard zwak |
ge |
+ stam |
+ t |
zwak op -d, -t, -chn, -ckn, -dn, -ffn, -gn of -tm |
ge |
+ stam |
+ et |
zwak op -ieren |
|
stam |
+ t |
zwak met onbeklemtoond voorvoegsel |
vv. |
+ stam |
+ (e)t |
zwak met beklemtoond voorvoegsel |
vv. + ge |
+ stam |
+ (e)t |
wohnen => gewohnt
gründen => gegründet; falten => gefaltet; leugnen => geleugnet
passieren => passiert
versuchen => versucht; beenden => beendet; entwickeln => entwickelt
aufhören => aufgehört, ablehnen => abgelehnt
Sterk werkwoord - das starke Verb
Sterk werkwoord
werkwoord |
vorming |
standaard sterk |
ge |
+ stam |
+ en |
sterk met onbeklemtoond voorvoegsel |
vv. |
+ stam |
+ en |
sterk met beklemtoond voorvoegsel |
vv. + ge |
+ stam |
+ en |
- Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden heeft vaak maar niet altijd een gewijzigde stam, die bovendien kan afwijken van de Präteritum-stam
schwimmen => geschwommen
verstehen => verstanden
ankommen => angekommen
Onregelmatige werkwoorden - die unregelmäßigen Verben
sein => gewesen
haben => gehabt
werden => geworden
Modale (hulp)werkwoorden - die modalen Hilfsverben
De modale (hulp)werkwoorden en wissen gebruiken de 'zwakke' uitgang achter een stam die gelijk is aan die van het Präteritum.
dürfen => gedurft
können => gekonnt
mögen => gemocht
müssen => gemusst
sollen => gesollt
wollen => gewollt
wissen => gewusst
Gemengde werkwoorden - die gemischten Verben
Gemengde werkwoorden gebruiken eveneens de 'zwakke' uitgang achter een stam die gelijk is aan die van het Präteritum.
denken => gedacht
bringen => gebracht
kennen => gekannt
brennen => gebrannt
rennen => gerannt
senden => gesandt (of volledig zwak: gesendet)
- Opvallend: bij gesandt wordt de t gewoon achter de d gezet.